Er wordt geen voorrang gegeven aan het eigen talent. Daarom verschralen de Nederlandse Rijks dansgezelschappen in de Basis Infrastructuur (BIS) en is het aandeel Nederlandse dansers bedroevend maar ook teleurstellend laag.
Dansen is een manier van leven en bepaalt grotendeels hun identiteit.
Dansers tolereren veel om hun passie te kunnen blijven uiten, en vaak te veel. Of het nu gaat om slechte kans op de arbeidsmarkt in een BIS dansgezelschap,
of ongelijke kansen in zo’n BIS dansgezelschap, arbeidsomstandigheden of grensoverschrijdend gedrag. Dansers kunnen of durven zich niet snel te roeren. Misstanden kunnen leiden tot verlies van werk en dus verlies van zingeving. Het is lastig, omdat er een gesloten dans cultuur heerst. Hoe is het zover gekomen,
om dit gekozen overheidsbeleid te maken, met ons gemeenschapsgeld? Laat ons het een en ander toelichten. (Verinorm 2023)
Dans is een belangrijke vorm van menselijke expressie en communicatie.
Daarnaast maakt dans een belangrijk onderdeel uit van de Nederlandse cultuur. Dansen is populair in Nederland;
het aantal Nederlanders dat actief is binnen een dansschool of dansvereniging bedraagt ongeveer 1,5 miljoen (Spijkerman, 2013).
Samen zijn ze verantwoordelijk voor meer dan 23 miljoen sport/dansmomenten. Er zijn 2.388 dans/balletscholen waarvan Dansondernemers Nederland een achterban heeft van 1.600 dansondernemers. De branche heeft een bruto-omzet van 250 miljoen euro per jaar.
Van deze 1,5 miljoen dansers kiezen er ongeveer 10.000 dansers voor een gedegen dansvakopleiding door middel van een strenge auditie procedure.
Zo blijkt bij het ballet het streven naar perfectie en het risico op overbelasting van het lichaam een probleem (Hamilton, 2015).
Er zijn ook andere kenmerken van dans die risicofactoren vormen, waaronder de grote mate van toewijding maar ook volgzaamheid (Willemyns, 2021).
Verder wordt gewezen op een grote mate van baanonzekerheid en slechte betaling en arbeidsomstandigheden (Raad voor Cultuur, 2022).
De machtsstructuren en de schaarste op de arbeidsmarkt maken de dansers kwetsbaar voor uitbuiting en misbruik (Gabrielle, 2019).
Wat betreft de dansvakopleidingen blijkt de omgeving fysiek en mentaal veeleisend te zijn. Dit leidt tot druk, stress en andere klachten (Van Winden et al., 2021).
Recent verscheen de documentaire Dansen voor je leven over misbruik in de danswereld (Minderaa, 2023).
Slachtoffers spreken onder andere over seksueel wangedrag, uitbuiting en een zwijgcultuur.
https://www.verinorm.nl/wp-content/uploads/2023/05/Schaduwdansen_23-05.pdf
Ook op de dansvakopleidingen
blijken blessures en mentale problemen een veelvoorkomend probleem (Van Winden et al.,2019).
De dansvakopleidingen van basisschool t/m HBO uitvoerende danser, zijn er ongeveer +/- 42 scholen in Nederland die erkent zijn door het ministerie van OCW.
Er dansen meer dan 10.000 dansers in een dansvakopleiding van het ministerie van OCW. Deze +/- 10.000 dansers hebben de geduurde 12 jaar nog ieder jaar een nieuwe toetsingsronde in de vorm van een auditie tot hun eindexamen van het HBO uitvoerende danser. Bijvoorbeeld een auditie bij de Tilburgs dansacademie Fontys in november 2023 – eerste schooljaar 24/2025 HBO uitvoerende dansers zijn ongeveer 400 auditanten voor 40 plaatsen in twee opleidingen van 20 leerlingen. Het huidige eerste jaar Fontys Tilburg 23/2024 zijn 20 leerlingen 15 uit het buitenland en vijf uit Nederland. De doorstroom van HBO uitvoerende dansers in Nederland is een aantal van ongeveer +/- 120 dansers die aanmerking komen voor een Bachelor diploma. Hoeveel van deze +/- 120 dansers uit het buitenland studeren bij een HBO uitvoerende danser, dat weten wij niet precies. Hoeveel van de uitvoerende HBO dansers een diploma heeft gehaald dat weten wij niet. Feit is dat er nauwelijks HBO Nederlandse uitvoerende dansers worden aangenomen in een van BIS gezelschappen.
Nieuwe HBO uitvoerende dansers instroom
is nauwelijks mogelijk in een Nederlands gesubsidieerd BIS dansgezelschap. De Auditie van NDT2 in januari 2024 waren 900 auditanten voor zeven contracten.
In de laatste ronde waren nog 30 dansers waarvan vier Nederlandse dansers. Waaruit nu blijkt dat, geen enkele Nederlandse danser een contract krijgt aangeboden voor komend seizoen 24/2025 bij NDT2. Twee Nederlandse dansers zullen komend seizoen vanuit het NDT2 doorstromen naar het NDT1.
Auditie voor een school
of later in een Nederlands dansgezelschap zijn geen spelregels van de overheid op kwaliteitsbeleid. Hier wordt namelijk geen toezicht op gehouden door de overheid of een andere instantie! Er is geen overkoepelend, vertegenwoordigd orgaan. Het is nog vele male breder in onze maatschappij, dan wij weten.
Voor de Nederlandse situatie bestaat er thans geen integraal wetenschappelijk onderzoek naar een geringe kans op arbeidsmarkt in een BIS dansgezelschap, ongelijke kansen op een baan, onzekerheid in zo’n BIS dansgezelschap, arbeidsomstandigheden of grensoverschrijdend gedrag.
Een integrale benadering is nodig, omdat de dansbelangen zeer groot zijn, bij de dansers, scholen, academies, en gezelschappen.
Zoals u leest is de concurrentie strijd moordend voor alle partijen.
Met alle gevolgen van dien.
De raad van cultuur beoordeelt de plannen die instellingen hebben ingediend die in aanmerking willen komen voor de Culturele Basisinfrastructuur (BIS), en adviseert de bewindspersoon van OCW hierover in juni. De regeling en het beoordelingskader die de Cultuur raad hanteert, liggen vast. De raad stelt in het najaar van 2023 het beoordelingskader vast. De commissie dans toets alleen de kaders 25-2028. Het ministerie van OCW zou hier een verantwoording in moeten nemen om dit huidige Nederlands politieke beleid een halt toe te roepen. Het is van groot belang om de investering van de ouders en overheid tot een gelijke behandeling te komen op onze arbeidsmarkt. Dat input en output in balans komen.
13 mei 2009
Doel is dat de Nederlandse toptalenten in eigen land blijvend kunnen worden opgeleiden er een logistische doorstroom is en blijft van dit talent naar de nationale en internationale top bijbehorende balletgezelschappen die Nederland rijk is. Zij onderschrijven deze opzet van de opleiding en zijn bij de realisering nauw betrokken
5 juli 2011
Het kunstonderwijs staat voor een aanpak waarin kwaliteit en verbinding met de beroepspraktijk leidend moeten zijn. Bovendien ontbreekt het veelal aan doorlopende leerlijnen. Dit baart zorgen voor onze samenleving als geheel. De hogescholen zullen dat verder versterken en nader uitwerken, zoals het voornemen van Codarts en de Hogeschool der Kunsten Den Haag die onlangs een intentieverklaring hebben ondertekend voor nadere samenwerking op het gebied van de gemengde beroepspraktijk van de sectoren muziek en dans. Als resultaat zal sprake zijn van een kwaliteitsverhoging van deze opleidingen en een betere aansluiting op de arbeidsmarkt.
2017
De huidige internationale arbeidsmarkt voor danskunstenaars is concurrerend, freelance en hybride,
en hierin zal voorlopig geen verandering komen, is de verwachting. De competitie om banen en speelplekken in de huidige danspraktijk wordt alom gekenschetst als een survival of the fittest: ‘Nederland is geen mekka meer voor dansers en choreografen. Alleen zij die de regie over hun eigen bestaan kunnen voeren, overleven.’ Het grote aanbod maakt het voor makers, artistiek leiders en programmeurs makkelijker om te kiezen voor mensen met ervaring. Voor jonge danskunstenaars, die nog geen noemenswaardige portfolio hebben en nauwelijks of niet kunnen terugvallen op vangnetten als productiehuizen en een WW-uitkering (waarvoor de regelgeving in 2015 ook nog eens is verscherpt), is het een hele uitdaging geworden om een continue beroepspraktijk te realiseren.
2017